.

De Theatercollectie: van Toneelmuseum naar een diverse (digitale) collectie van het Nederlandse theaterlandschap

Bijna een eeuw geleden begonnen als een toneelmuseum, opgericht door leden van het Nederlandsch Toneelverbond die enkele privé-verzamelingen in bezit hadden, bloeide de Theatercollectie uit tot een brede en diverse museumcollectie over de geschiedenis van het Nederlandse theaterlandschap. Gonneke Janssen, collectiespecialist theater aan de Universiteit van Amsterdam (UvA), vertelt ons over het verleden, heden en de toekomst van de Theatercollectie.

Van Toneelmuseum naar Theatercollectie

Gonneke neemt ons mee door de geschiedenis van de collectie. Ze legt uit hoe Het Toneelmuseum uitgroeide tot de huidige Theatercollectie bij de UvA: “De geschiedenis begint in 1924, toen het Toneelmuseum werd opgericht naar aanleiding van een eretentoonstelling voor Louis Bouwmeester, een destijds beroemd acteur. Het begon met een aantal particuliere collecties die bij elkaar kwamen. In de jaren daaropvolgend heeft de collectie zich uitgebreid. In 1960 kreeg Het Toneelmuseum een permanente huisvesting aan de Herengracht en kwam er een mediatheek bij. Pas in 1978 fuseerden verschillende instellingen (het Internationaal Theater Instituut, het Toneelmuseum en het museum voor Klank en Beeld) tot het Theater Instituut Nederland (TiN). In 2013 stopte de subsidie voor het TiN helaas volledig. De collectie heeft toen gelukkig onderdak gevonden bij de Bijzondere Collecties van de UvA.”

Architectuurafbeelding van het Toneelmuseum, W.G. Hofker (1975- ), Foto: Universiteit van Amsterdam

De diverse theatergeschiedenis van Nederland

Gonneke vertelt over de diversiteit van de collectie: “De collectie is heel breed. Het bevat mime en poppenspel, circus, goochelkunst, toneel, muziektheater, opera. Een rondleiding door het depot is eigenlijk de beste manier om de collectie te leren kennen, je krijgt dan een overzicht van de hoeveelheid en de diversiteit. Er staat bijvoorbeeld het kamertoneel van de baron van Slingelandt – een topstuk uit de collectie dat ook echt high-culture is. Vlak daarachter staat een poppenspel-collectie met onder andere de poppenkast van Janus Cabalt. Cabalt was een poppenspeler die vanuit de Jordaan elke dag zijn poppenkast op de rug naar de dam sleepte om daar een voorstelling te houden. Dit soort straattheater is ook een onderdeel van ons theaterlandschap. Onze collectie bevat dus heel verschillende perspectieven op de theatergeschiedenis van Nederland.”

Afbeelding links: Marionet Katrijn van Janus Cabalt (1900-1905), Foto: Universiteit van Amsterdam Afbeelding rechts: Decortontwerp voor voordoek van het Slingelandt-toneel, François Joseph Pfeiffer jr. (1823), Foto: Universiteit van Amsterdam

Moderne tijden: het digitaliseren en online ontsluiten van de collectie

De Theatercollectie is ook digitaal doorzoekbaar: “Daarvoor hebben we onze online catalogus theatercollectie.uva.nl,” zegt Gonneke. Ondanks dat een groot gedeelte van de Theatercollectie al is gedigitaliseerd, is dit nog geen garantie dat alles online ontsloten kan worden: “Het Theater Instituut is heel vroeg begonnen met digitaliseren, waardoor sommige collecties al voor 80% of 90% gedigitaliseerd zijn. Waar we echter vaak tegenaan lopen is dat, omdat wij vrij actueel materiaal verzamelen binnen de collectie, er altijd auteursrecht op zit. Materialen uit de 17e, 18e en 19e eeuw kunnen we meteen online ontsluiten met een afbeelding zodra we het gedigitaliseerd hebben. Materialen van recentere aard kunnen wij niet zomaar online tonen. Het vergt nog een aantal stappen om toestemming te vragen voor publicatie – daar zit heel veel werk in.” Toch helpt de digitalisatie en online toegankelijkheid om de zichtbaarheid van de collectie te vergroten:  “Hoe meer we nu online kunnen ontsluiten, hoe zichtbaarder de collectie is en hoe meer men de collectie wil raadplegen. Want dat is wat we willen bereiken, dat de collectie gebruikt wordt” zegt Gonneke. 

De toekomst van de Theatercollectie

De online toegankelijkheid zal binnenkort ook beter worden vanwege een belangrijke verandering in het database-systeem van de Theatercollectie: “We gaan overstappen van onze huidige Adlib database, die wat verouderd is en die heel veel maatwerk bevat, naar Axiell Collections. Deze conversie opent voor ons allerlei ontsluitingsmogelijkheden en het zorgt er ook voor dat de publiekscatalogus een upgrade kan krijgen waardoor deze beter doorzocht kan worden. Ook biedt het ons meer mogelijkheden om in onze collectiecatalogus aan Linked Open Data te doen.” 

Deze overstap sluit dan ook goed aan op de digitale infrastructuur en samenwerking voor Nederlandse podiumkunsten van Podiumkunst.net: “Het grootste voordeel van een samenwerking met Podiumkunst.net is dat alle informatie van de collecties kan worden gekoppeld aan een online platform, waardoor er een grote meerwaarde ontstaat. Allereerst verkrijg je de informatie veel sneller, omdat je nu online onderzoek kunt doen. Maar je kunt ook bijvoorbeeld biografieën van gezelschappen en van theatermakers veel breder tonen, met veel meer informatie en content zoals videomateriaal en foto’s. Je kunt dus online zoeken in allerlei andere collecties van uitvoerende kunsten en je krijgt dan een veel beter idee van wat er allemaal is. Dit maakt het beeld van de podiumkunsten veel completer voor een onderzoeker.” 

Gonneke ziet dan ook een mooie toekomst in de samenwerking met Podiumkunst.net: “Ik hoop dat we nauw kunnen gaan samenwerken op Het Loket dat door Podiumkunst.net is opgericht waar je vragen kan stellen over de archivering van je collectie en dat er ook een bewustzijn wordt gecreëerd voor het belang van archivering. Verder hoop ik dat we een nóg breder publiek kunnen bereiken die gebruik wil maken van de collecties – en misschien wel op een manier die wij nu nog helemaal niet kunnen voorzien. Bijvoorbeeld dat er een documentaire uit voortvloeit waarvan wij de diversiteit aan inhoud nooit alleen hadden kunnen samenvoegen. Dat zou ik heel interessant vinden!”

door Rebecca Haselhoff