Podiumkunst.net gaat de vele muziek- en theatercollecties in Nederland onderbrengen in een netwerk van collecties. Maar deze collecties zijn niet altijd op dezelfde wijze beschreven. Wanneer de sector afspraken maakt over de manier van beschrijven, dan helpt dat bij het toegankelijk maken van de collecties. Die afspraken legt Podiumkunst.net nu vast in een RDA applicatieprofiel. Op 9 december heeft Podiumkunst.net samen met een groep van metadata- en RDA-specialisten een begin gemaakt met dit applicatieprofiel.
Wat is een RDA applicatieprofiel?
Het Resource Description and Access (RDA) model is een internationale standaard voor het beschrijven van metadata van bibliotheek- en cultureel erfgoedcollecties. Podiumkunst.net heeft voor dit model gekozen, omdat het goed gedocumenteerd is, flexibel, én toepasbaar op podiumkunstcollecties.
De kern van het RDA model zijn de WEMI-entiteiten: Werk, Expressie, Manifestatie en Item. Werken en Expressies gaan over de inhoud en zijn meer abstract. Manifestaties en Items hebben betrekking op een concreet object. Le Sacre du Printemps is een voorbeeld van een Werk. De muziek van Igor Stravinsky en de dans van choreograaf Vaslav Nijinsky zijn Expressies. De meer tastbare partituur en choreografie zijn voorbeelden van Manifestaties.
In een RDA applicatieprofiel staat welke minimale set van metadata nodig is om te verbinden met andere collecties. Het profiel vermeldt ook de status (bijvoorbeeld verplicht), de registratiemethode (zoals vrije tekst of een unieke verwijzing naar een digitaal object) en de voorkeurstermenlijsten. Het doel van een applicatieprofiel is tweeledig. Het is aan de ene kant een richtlijn voor het mappen van bestaande metadata, en aan de andere kant een eerste handleiding voor nieuwe metadata.
Het applicatieprofiel bevat de afspraken die helpen om verschillende collecties op eenzelfde manier te beschrijven. Dat opent de weg naar het verbinden van collecties. En daarmee naar nieuwe, nog onvertelde verhalen uit de geschiedenis van de podiumkunsten.
Samenwerken aan een applicatieprofiel voor de podiumkunsten
Tijdens een bijeenkomst in december werkten (metadata)specialisten met een RDA-, muziek- of theaterachtergrond in drie groepen aan het in kaart brengen van de eigen collectie(s): Waaruit bestaat de collectie eigenlijk? En welke informatie of metadata zijn minimaal nodig om te kunnen verbinden met andere collecties? Elke groep pakte dit – onbewust – op een andere manier aan.
Zo dook een van de groepen in collecties met toneelteksten, een andere groep sprak vooral over relaties en verzamelwerken, en de laatste groep vertrok vanuit het soort objecten (bijvoorbeeld boeken en dvd’s) en zocht daarbij naar metadata.
De hele groep bracht alle inzichten uiteindelijk met post-its bij elkaar. Dat leverde een eerste indeling in de WEMI-structuur op met daarbij benodigde informatie. Zoals bij een Werk hoort een schepper. Aan het begin van de bijeenkomst vroeg vrijwel iedereen zich af of het mogelijk is om één profiel te maken voor alle verschillende collecties. Na deze activiteit en de daaropvolgende discussie leek iedereen ervan overtuigd dat de collecties meer gemeen hebben dan vooraf gedacht.
Vervolgstappen
De digitale infrastructuur van Podiumkunst.net houdt afspraken en technische voorzieningen in om collecties aan te sluiten bij het netwerk van verbonden collecties. Het applicatieprofiel is een onderdeel van deze infrastructuur en biedt houvast voor instellingen die hun collectie willen verbinden met het netwerk. Het uitwerken van een profiel is daarom een belangrijke en noodzakelijke stap. Het profiel is na de eerste werksessie nog niet klaar. Aan het eind van de bijeenkomst, schreef de groep op wat mogelijke vervolgstappen zijn. De belangrijkste: met een kleinere groep de gemaakte eerste opzet van het profiel verder uitwerken. En dan zo snel mogelijk toetsen met een bestaande of nieuwe collectie.